Hester Klop (31) begon als Junior Creative bij Mensch. Nu is ze er Creative Lead. “Ik kreeg hier de kans om te laten zien wat ik kan”
Hester Klop had een vriendje met wie ze op wereldreis zou gaan. Maar ze ging niet. In plaats daarvan kocht ze van haar spaargeld een Macbook. Met die relatie liep het niet goed af, maar het begin van haar loopbaan als creative was gezet.
Zes jaar later fietst Hester elke dag met plezier naar haar werk. Tagt ze op Instagram een kantoorfoto met #lovemyjob, dan meent ze dat ook echt. Klinkt misschien weeïg – of ‘mushy mushy’, zoals ze zelf zegt – maar werken als Creative Lead bij Mensch voelt een beetje als thuiskomen.
Daar bij Mensch, in een knus kantoor in een voormalig winkelpand in een Amsterdamse woonwijk, heeft Hester Klop het gevoel dat het klopt wat ze doet. Een gevoel dat ze lang zocht, maar niet vond. Ze zit met een kop koffie aan de ronde tafel en zegt terugkijkend op die zoektocht: “Ik schaamde me wel eens, omdat ik niet wist wat ik wilde. Toen ik op een verjaardag vertelde dat ik mijn studie had afgerond, zei mijn tante doodleuk: ‘Goh. En welke studie ga je nu doen?’ Je kan natuurlijk ook zeggen dat ik veel dingen leuk vind.”
Niet haar ding
Die nieuwsgierigheid voerde haar langs uiteenlopende studies en allerlei freelanceklussen. Ze is zeventien als ze klaar is met het Vossius Gymnasium in Amsterdam. Haar moeder werkt als hoofd financiën bij een fysiotherapiepraktijk, waar Hester kind aan huis is en een bijbaantje heeft. Een studie fysiotherapie lijkt een logische keuze. Ze maakt de opleiding af, ook al voelt ze geen match. “De theorie was boeiend”, zegt ze. “Net als de band die je met sommige mensen opbouwt. Dat je leert wat iemand drijft en motiveert. Alleen het werk zelf vond ik minder.” Daarna volgt een jaar rechtsgeleerdheid aan de VU. Interessant, maar zoals haar moeder achteraf zei: ‘Meid, dat was toch helemaal niks voor jou?’
Na twee ‘menselijke’ studies eindigen in de reclame. Dat klinkt als een tegenstelling.
“Klopt, maar mijn stiefvader heeft dat aangewakkerd. Toen ik stopte met rechten, kreeg hij een relatie met mijn moeder. Hij is een creatieve geest, had een creatief bureau en was bezig met een aantal projecten voor de Westerkerk in Amsterdam. Of ik wilde helpen. Ik zette een fototentoonstelling op om fondsen te werven voor het onderhoud van de kerk; schreef teksten, ontwierp het artwork en selecteerde foto’s voor de expositie. Hielp met het organiseren van een benefietavond in de kerk en mocht prinses Bea een handje schudden.”
Wat wakkerde dat bij jou aan?
“Het gaf energie. Iets wat ik herkende van vroeger. Als kind had ik geen poppen, maar een werkbank waaraan ik altijd zat te lassen, kleien, schilderen en figuurzagen. Ik had best naar de kunstacademie gewild, maar ‘iets met kunst’ was na het gymnasium niet echt een gangbare keuze.”
Alles op z’n plek
In 2013 begint Hester alsnog aan een creatieve opleiding, de Junior Academie voor Art Direction in Amsterdam. Terwijl haar verkering in zijn eentje ‘hun’ wereldreis maakt, valt bij Hester tijdens dag één van haar studie alles op z’n plek. Een keuze die zo logisch voelt als kaas op een bruine boterham. Hester: “We kregen een leeg wit papier en de opdracht: maak hier een conceptuele uiting van. Ik verknipte een deel van het papier tot 3D-hersenen, zoals die kerstkaarten die je oma vroeger maakte, weet je wel. Daaronder plakte ik in grote letters ‘verknipt’. Op het moment dat ik met een gevoel tussen angst en enthousiasme naar dat witte papier keek, wist ik: dit ben ik.”
Vier jaar later is er een diploma, wordt er een JoHo pitch gewonnen en volgt een traineeship bij Youngworks, een bureau voor jongerencommunicatie en onderzoek. Na deze stage meldt Hester zich met haar, nog wat summiere, portfolio bij een aantal bureaus. Zonder succes. En dan is er ineens een bevriende vakgenoot die een grote klus heeft binnengehaald. Of ze als junior art director aan boord komt om het tankstation van de toekomst voor NRG Value (voorheen ESSO) te ontwerpen. Hester stapt in als copywriter, maar denkt ook conceptueel mee.
Je eerste grote opdracht. Hoe was dat?
“Heel spannend, geladen en tof.”
Daarna volgde weer een klus met je stiefvader: de rebranding van Amstel Tijgers, de plaatselijke ijshockeyclub van Amsterdam.
“Die club moest opnieuw in de schijnwerpers komen. Ik deed samen met een bevriend designer van alles: logo design, de social media opzetten, aankleding van de Jaap Edenhal, het design van hun jerseys en de merchandiselijn. Zo werden de Amstel Tijgers de Amsterdam Tigers.”
Wat breng jij in bij dit soort projecten?
“Mijn gevoel voor verhaal en dramatiek. Ik probeer altijd de essentie ergens uit te destilleren. Schrappen, schrappen, schrappen en weg met alle vlees-noch-vis-wishi-washi-dingen, tot ik bij de kern kom. Die probeer ik vervolgens te vertalen naar iets wat mensen raakt of mooi vinden om te horen.”
Is dat ook meteen de essentie van je liefde voor dit vak?
“Misschien. Als ik iets kan terugbrengen tot twee zinnen tekst of een creatief concept waarmee ik de kern bij de ballen grijp, voelt dat als winnen. Dan kan ik grote genoegdoening halen uit het schrijven van paar zinnetjes. Zeker als de opdrachtgever erdoor geraakt wordt.”
Zoeken naar de kern
En daarmee is ook de link met creatief communicatiebureau Mensch gelegd. Dat wat Hester drijft is namelijk precies wat oprichter Jack de Graaff voor ogen had, toen hij drie jaar geleden zijn eigen bureau begon: mensen en wat hen drijft centraal stellen. Mensch gelooft erin dat mensen hechten aan karakter. Bij mensen én bij merken. Daarom begint het bij het ontrafelen van het karakter van een organisatie, om daarna samen te gaan bouwen aan een merkstrategie, identiteit of werkgeversverhaal. Of, zoals Hester zegt: “We proberen het karakter van een merk, en daarmee de mensen die ervoor werken, te raken.” Dit doet Mensch met speciaal ontwikkelde CH-sessies. De overtuiging is: pas als je die kern gevonden hebt, kun je gaan bouwen. Hester: “We lullen niet zomaar iets aan elkaar, maar werken vanuit een onderbouwing. Het gaat ergens over.”
Vind je het belangrijk om zo een verschil te maken?
“We werken veel voor merken die mensen op een of andere manier aan zich willen binden, waarbij de mens het product is. Ik vind dat prettig, ja. Het gaat er bij ons altijd om wat iemand motiveert en drijft. Dat past bij mij. Dit is ook precies waarom ik bij Mensch de kans kreeg om te laten zien wat ik kan en mocht beginnen als Junior Creative: ik werd niet gezien als een portfolio dat er nog niet helemaal was, maar als de persoon die ik nog kon worden.”
Bron: Adformatie